Houd die hond ons nu voor de gek of niet? Als we de volgende morgen opstaan lijkt ze redelijk stijf van de spierpijn. Maar daar hebben we allemaal wel een beetje last van. Haar brokken raakt ze nog steeds niet aan, maar een biscuitje gaat er wel in. Als ik vervolgens een beetje melk over haar brokken giet gaan die er naar een korte aarzeling toch allemaal in. Ze lijkt dus vooral lekkere honger te hebben. Tja, het is en blijft een Beagle.PJ heeft in de reisgids iets gelezen over de grotten van Estaje. Ze staan niet op de kaart en er staat niets van op internet, dan voelt PJ zich uiteraard meteen uitgedaagd op deze te gaan zoeken.
De grotten liggen iets van de E6, zo’n 50km voor Mosjoen, in een dal van de Tosenfjord.
We stappen met een goed gevoel, de hond lijkt immers wat beter, in de camper, en gaan op weg. Ik zoek een camping voor de nacht, net iets buiten Mosjoen aan een meertje. De weg wordt steeds mooier en mooier. De natuur is prachtig, bergen, dalen, kraakheldere riviertjes en af en toe schattige kleine dorpjes met rode, gele, blauwe en witte houten huizen. Exact zoals je het kent van de films en series.
Bij een afslag naar het Tosendal stoppen we even op een parkeerplaats met een informatiebord. Ook op dit bord staat niets over de grotten. Eigenwijs als we zijn slaan we af het dal in. Het nodige gevloek en gekreun klinkt vanuit het achterste deel van de camper. De jongeheren achterin kennen hun ouders ondertussen wel een beetje en weten dat de zoektochten naar onbekende ‘hoogtepunten’ niet altijd dat opleveren wat ervan werd verwacht.
Zo ook helaas de Estaje grotten. Na 30km slingeren over een bergweggetje, vragen we maar eens aan een local waar deze grotten liggen omdat ze nergens aangegeven staan. Dit laatste wordt bevestigd door de man, maar hij bevestigd ook dat ze wel degelijk bestaan en dat we ze zo’n km of 15 geleden gepasseerd zijn. We moeten terug, de tunnel door, een stukje bergaf en dan na de eerste brug liggen ze rechts (terwijl hij naar links wijst).
We danken de man en stappen weer in. De stemming achterin de camper is inmiddels tot een dieptepunt gedaald. Gelukkig gaat het met de hond wel goed.
We passeren de tunnel, gaan bergaf en stoppen direct na de eerste brug. Links van de weg staat een informatiebord en rechts van de weg is een afgrond naar het bergmeertje. De keuze is eenvoudig dus. We parkeren links voor het informatiebord.
Op het Noorse bord (geen enkel bord is hier in een andere taal dan Noors), zien we niets over grotten. Toch lopen er twee paden die we moeten ontdekken. Het kan natuurlijk niet zo zijn dat we naast de grotten geparkeerd staan en we ze toch niet vinden.
We lopen het ene pad in, niets…
Het andere pad…
Weer niets.
Misschien toch nog een stukje verder…
Helaas.
Als we onverrichter zaken weer in de camper stappen, zeggen we maar niets en rijdn we terug naar de E6.
Met een klein uurtje rijden we de camping op en vinden we een fantastisch plaatsje aan de oever van het meertje. De jongens trekken de zwembroeken aan en springen direct vanaf het steigertje het water in. De mislukte zoektocht naar de grotten zijn ze alweer vergeten. Gelukkig maar.
Het is warm, we zitten op 300km van de poolcirkel, en we steken de bbq maar eens aan. Jammer dat we de grotten niet gevonden hebben, maar het was wederom weer een prachtige rit. We genieten van de natuur en de vakantie.